Asbest

Asbest is een belangrijk thema omdat deze stof kan leiden tot ernstige aandoeningen indien het zich in de longen kan nestelen. Als laatste schakel in de verwijderingsketen zijn puinbrekers en sorteerbedrijven kwetsbaar voor asbest. De kans dat aangeboden afvalstoffen verontreinigd zijn met asbest is steeds aanwezig. Daarom zijn interne afspraken gemaakt en in BRL 2506 opgenomen. Voor sorteerbedrijven is dit in ontwikkeling.
Het feit dat er in bouw- en sloopafval nog steeds asbest wordt aangetroffen is een teken dat de voorliggende keten van asbestinventarisatie, asbestsanering, asbestvrijgave, sloop en transport soms niet goed functioneert. Daardoor blijft asbest een voortdurende zorg voor de recyclingbedrijven. 

De leden van BRBS Recycling controleren het aangeboden puin op de aanwezigheid van (onvrijwillig verkregen) asbest. Als het wordt aangetroffen wordt de partij geweigerd. Toch glipt er nog wel eens een stukje asbest doorheen. Zolang asbest niet opzettelijk is toegevoegd aan producten, geldt een wettelijke restconcentratienorm van 100 mg/kg d.s. 'gewogen' asbest in het eindproduct. (gewogen betekent de serpentijnasbest concentratie vermeerderd met tien maal de amfiboolasbest concentratie). Hiervan is aangetoond dat onder deze concentratie bij normaal gebruik en toepassing geen schadelijke effecten zijn te verwachten.
Dit is een zeer strenge norm, maar uitgaande van dakplaten is het een halve emmer met stukjes plaat in een volle vrachtwagenlading van 30.000 kilogram. Dit kan zichtbaar asbest opleveren. Om dit te ondervangen is in de certificatieregeling BRL 2506 opgenomen dat er "geen visueel waarneembaar" asbest aanwezig mag zijn. Dit is dus feitelijk een strengere norm dan de wet voorschrijft. Het is van belang dit toe te blijven lichten omdat er altijd vragen blijven bestaan rond het voorschrift "visueel waarneembaar". Het alternatief voor een dergelijk voorschrift zou zijn dat het gehalte asbest in het aangeboden puin wordt geanalyseerd door monsterneming en analyse. Dit is niet betrouwbaar mogelijk en niet uitvoerbaar in de praktijk. "Visueel waarneembaar" is daarom de best mogelijke optie om de controle hanteerbaar te houden. Het eindproduct wordt wel gecontroleerd door monsterneming en analyse. Hieruit blijkt dat zelden asbest wordt aangetroffen en dat het systeem in het algemeen goed werkt.